Smallingerland – Het gebruik van mobiele telefoons in en rond de klas blijft een veelbesproken thema op scholen in Smallingerland. Hoewel de landelijke richtlijnen steeds strenger worden, worstelen scholen in de gemeente nog altijd met de praktische invulling ervan. De discussie draait niet alleen om concentratie en leerprestaties, maar ook om veiligheid, gelijke kansen en het digitale welzijn van leerlingen.
Veel scholen kiezen inmiddels voor een “telefoonvrij tenzij”-beleid: in principe gaat de telefoon in de tas of in een afgesloten kluisje, behalve wanneer een docent het apparaat inzet voor educatieve doeleinden. Scholen merken dat de rust in de gangen en lokalen merkbaar toeneemt sinds de maatregelen zijn ingevoerd.
Op het Drachtster Lyceum ziet conrector Marijke de Vries duidelijk verschil sinds de invoering van het beleid.
“We merkten dat leerlingen continu prikkels binnenkregen,” zegt De Vries. “Nu telefoons standaard uit beeld zijn, ontstaat er meer focus. Leerlingen praten weer met elkaar – dat klinkt simpel, maar het maakt echt uit voor de sfeer in school.”
Toch zijn er ook kritische geluiden. Sommige ouders vinden dat scholen juist meer aandacht moeten besteden aan digitale geletterdheid, in plaats van telefoons te weren. Anderen vrezen dat het strikt inleveren van telefoons problemen geeft bij noodgevallen of communicatie na schooltijd.
Leerlingen zelf reageren wisselend. Een groep ziet duidelijk de voordelen: minder afleiding en minder sociale druk om continu online te zijn. Een andere groep noemt het “betuttelend” en vindt dat scholen leerlingen beter kunnen leren omgaan met verantwoordelijkheid.
Ondertussen blijven scholen in Smallingerland experimenteren met verschillende vormen van toezicht en educatie. De komende maanden evalueren meerdere scholen hun aanpak en wordt besloten of het beleid vanaf volgend schooljaar verder aangescherpt wordt.
Auteur: D. Dijkstra